Je stem klonk angstig in de hoorn
toen ik je belde.
En je sprak ook zo snel, gejaagd.
Toen zei je al: "Dag."
Ik kon maar één muntstuk gebruiken.
De rest die ik had klaargehouden
rinkelde ironisch in mijn zakken
achteraf.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten