vrijdag 27 februari 2009

Soms - en misschien wel altijd, eigenlijk - zou een mens willen dat alles in het leven helemaal in orde is. Het huis schoongemaakt, de kasten netjes geordend, de was geurend gerangschikt, fleurige voorjaarsbloemen in de paradijselijke tuin, alles gesmeerd lopend met het lichaam, de mensen allemaal vrienden en veel openheid en vreugde. Een feest, kortom. En zo is het ook wel eens, bij benadering, meestal na veel werk en discipline en goede zorgen en goeie wil en wilskracht en inzet, en het geluk dat alles meezit. Genieten dan, "oef"' zeggen en vol verwondering blij zijn omdat alles, privé en in de naaste omgeving, even netjes in de plooi valt.Een mens heeft een oase nodig in wat soms wel eens een woestijn lijkt en waar je haast geen doorkomen aan ziet. Geploeter, kortom, vervuld van hopen op een groenere horizon, een zalige zitzetel aan een vijver met een fonteintje en bloemen en kleurrijk rondschietende vissen. Momenten om te koesteren, momenten om naar toe te leven, momenten om naar toe te werken.Als het in de kleine wereld dan goed zit moet je de grote aardbol met al zijn kommer en kwel wel even terzijde schuiven. De ellende die onvermijdelijk is en waaraan je niets kan verhelpen is constant voor zovelen op zoveel, op alle plaatsen aanwezig. Je kleine geluk dan relativeren, je grote ongeluk dan relativeren, in de mate dat het lukt, want alles in de wereld: het kan niet anders dan rond onszelf draaien, omdat wij het zien, wij het waarnemen, wij het enige handelende centrum kunnen zijn van de wereld uit ons perspectief, de wereld zoals hij voor ons alleen maar kan bestaan vanuit ons éne, beperkte, beperkende lichaam met zijn geest. Dat het lichaam dan sterk en veerkrachtig moge zijn, en de geest ruim en ontvankelijk en met veel antennes gericht op de meest wezenlijke signalen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten